Het grote Kiwi avontuur

paradijs in de Mekong: de 4000 eilanden

Na al het avontuur van Thakek, was het alweer tijd voor mijn laatste stop in Laos. De 4000 eilanden. Een groep eilanden in de rivier de Mekong helemaal in het zuiden van Laos. Er zijn drie grote eilanden waar de meeste mensen zitten en van die drie eigenlijk maar 2 waar de meeste touristen heen gaan. Don Khon en Don Det. De laatste zijn vooral opeengepakte backpackers en hele goedkope accommodatie. De busreis duurde een paar uur langer dan wat ze aangeven vanuit de 4000 eilanden. 14 uur
 Het begon ook al lekker doordat twee Zuid-Amerikaanse reizigers een hoop herrie aan het schoppen waren toen ze niet helemaal zeker waren of de bus wel naar de 4000-eilanden ging of dat het zou stoppen in een van de steden ervoor. En dwongen de chauffeur om te stoppen. Gelukkig kon een van de aanwezige Cambodjanen ook Engels spreken en kon iedereen geruststellen. De bus zelf was helemaal volgepakt met mensen, en na de eerste stop, ook met heel veel dozen. Een authentieke ervaring zullen we maar zeggen!

Ik wist dat dingen er zo aan toegingen, dus ik was sowieso niet bang dat ik niet zou aankomen op mijn bestemming. Het duurt alleen altijd wat langer in Azie. Vroeg in de ochtend kwamen we uiteindelijk aan bij het grootste eiland, Don Khong. Hier werden we al opgewacht door een kereltje die ons boottickets verkocht naar onze eindbestemming.

De boottrip zelf was al prachtig. We zagen kleine dorpjes op diverse eilanden en dorpelingen die zichzelf van het ene naar het andere eiland vervoerden of aan het vissen waren.

Ik besloot om naar Don Khone te gaan en net even een paar dollar meer uit te geven voor mijn eigen bungalow, met aircon en een hangmat met uitzicht op de Mekong. Met een heel bijzonder uitzicht vanuit mijn hangmat!

De dagen hier waren heerlijk lui. Hoewel ik ook nog uit mijn hangmat ben gekomen, en een fiets had gehuurd om de twee eilanden te verkennen op de fiets. De twee zijn verbonden met een brug, gebouwd door de Fransen om boten verder de Mekong op te krijgen. De oude rails zijn inmiddels al lang weg, nu gebruikt om andere bruggetjes te bouwen op de eilanden,

maar je kunt nog steeds over het oude pad het eiland door fietsen. Dwars door de jungle in het midden.

Aan het eind- en begin punt waren grote betonnen constructies neer gezet om de boten, in delen, aan land te krijgen.

Dan dwars over de twee eilanden om verderop weer in de river te worden gelaten.

Een paar watervallen die je kon bezoeken. Erg mooi allemaal weer.

Bij een van de watervallen hadden ze een waterrad neergezet die een generator aandreef. Electriciteit is nog vrij nieuw op deze eilanden!

Volgende avontuur is alweer in een ander land!

500km op een scooter

Jawel, de fameuze Thakek loop (onder de Lao'se backpackers dan)

Ik had in Thailand een tweetal reizigers ontmoet die heel enthausiast waren over de “Thakek loop”. Dit is een route die begint en eindigt inThakek, die je in drie of vier dagen aflegt op een scooter. Klonk machtig interessant allemaal. Dit was een handige stop opweg naar de 4000 eilanden, dus waarom niet? In de bus van Vientiane naar Thakek, kwam ik Danny (VS) en Garry (Brit) tegen die de loop ook gingen doen. We besloten om het gezellig samen aan te pakken. In Thakek zelf hadden we een hostel geboekt dat er bekent stond als populaire verzamelplek onder de Thakek Loop’ers. Hier kwamen we Sandro (Zwitser) tegen en zo was ons quartet compleet. Dezelfde avond hadden we nog scooters gehuurd van Mr. Khu die ons gelijk voorzag van handige informatie over alle interessante stopplekken op de route. Er was behoorlijk wat te zien. We wilden graag zoveel mogelijk doen en dit betekende dat we de aankomende paar dagen rond zonsopkomst op zouden moeten staan, wanneer we alles wilden zien in drie dagen!

Dag 1: Om 7 eruit om te ontbijten in het dorp zelf, water en benzine halen. De Lao koffie was heel erg goed!

Om 8 uur hadden we al onze eerste stop bereikt; de Olifantengrot. Wat hier olifant aan moet wezen ben ik nog steeds niet achter
 Niet super groot en aantal Boeddha’s.

Wel erg mooi was een uitkijkpunt die vlakbij lag. Ik heb helaas niet helemaal naar boven kunnen klimmen, want ik had slippers aan. De weg omhoog was stijl met scherpe rotsen en rammelende ladders. Ik ben wel een eindje omhoog geklommen en had vanuit daar ook een goed uitzicht over een klein dorpje in een nog kleiner bamboe bruggetje, waar we even later met onze Scooters overheen tuften.

De volgende grot, Xieng Liap, was een stuk gaver. Aan het begin stond een gids, waar de anderen eerst nee tegen zeiden. Daar kwamen ze snel op terug, toen ze de grot zagen. Je kon er aan een kant in klimmen en had een ondergronds meer. Aan de andere kant klom je er dan weer uit. Ik kon deze grot ook niet helemaal doen vanwege mijn slippers (en omdat ik de gids uit het oog verloor).

Stop 3 was een beeldschone rivier waar we lekker even in konden afkoelen. Veel van deze zij-wegen waren van zand en je werd behoorlijk stoffig! Er waren al een antal uren voorbij en tijd voor lunch. Op het kaartje dat we mee kregen stond de “green climbers home” wat een heel gezellige restaurant/guesthouse bleek te zijn omgeven door ontzettend mooie Karst-gebergtes. De rieten en bamboe-bungalows, met prive hangmatten, zagen er heel ontnodigend uit en mijn phad-thai was ook absoluut niet slecht.

We konden niet heel lang stoppen, want we wilden nog een hoop zien! De volgende grot was een behoorlijke toerististen atractie. We kwamen een bus vol met Thaise touristen tegen die ook de Tham Nanh AEN kwamen bezichtigen. We hadden deze grot al snel de bijnaam “rave-cave” gegeven vanwege alle verschrikkelijk slechte vel gekleurde lampen overal. Rond twee uur hadden we alle dingen gezien die we wilden zien en we zouden nou 4 uur moeten rijden na onze overnachtingsplek. De volgende 4 uur waren misschien wel de mooiste van de hele trip.

Het werd heuvelachtig, we kwamen ontzettend mooie dorpjes tegen waar alle kinderen heel enthiousiast zwaaien naar die buitenlandse gekken op hun scootertjes.

Veel van deze dorpen hadden borden met de tekst dat ze UXO-vrij waren gemaakt met behulp van een Duits team.

Hoe hoger we klommen op de bochtige wegen, hoe kouder het werd.

We reden langs een grote rivier en een aantal grote dammen die elekctriciteit opwekken ie de overheid weer verkoopt aan de omringende landen. Dat is ook gelijk een van de redenen waarom deze wegen, voor het grootste gedeelte, verhard zijn. Een deel waren ze nog niet aan toe gekomen en een stukje moesten we door al het stof rijden. We reden tot net voor zonsondergang door en tegen het einde van de rit was het heel erg koud geworden. We boekten onszelf in een hotel, waar natuurlijk het water niet deed onze kamer en we geen warme douche hadden. Uiteindelijk was er een oplossing door de eigenaar gevonden en we moesten maar gebruik maken van een douche in een andere kamer
 ‘s avonds gegeten bij “only one” restaurant, wat best een slimme naam is voor een restaurant. We vroegen waar we het beste konden eten en ze zeiden “There is only one restaurant acros the road”. Dag eindigde vroeg, want de volgende ochtend zou weer vroeg zijn.

Dag 2: van onze loop weer vroeg begonnen en ik heb me een paar handschoenen gekocht, want het was hier in de hoogte nog steeds erg koud. Vandaag zouden we iets minder stoppen maken. De eerste stop waren de “cool springs”. Om hier te komen reden vanuit de jungle opeens een grote vlakte op. Gek opeens zoveel ruimte. Hier zagen we wat jongetjes spelen met zelfgemaakt speelgoed.

Het was een soort lood, met lange linten eraan gebonden die ze hoog in de lucht gooien en vervolgens, wanneer ze op de grond terecht kwamen, een knalletje maakten. Op de punt hadden ze een soort knalpapiertje geplakt, een beetje hetzelfde als onze oude knalpistooltjes. Twee mannetjes kwamen voorbij scheuren op een scooter. We gaven de twee niet heel veel aandacht, totdat we bij de coolsprings aankwamen. Deze zaten in een zelfgemaakt hutje tickets te verkopen voor de coolsprings.

We betaalden de ongeveer 50 eurocent entree en kwamen erachter dat de coolsprings hun naam waarmaakten. Ze waren inderdaad erg koud. Deze rit was ook super. We reden iets bergafwaards en op een brug stopten we even om wat foto’s te maken. We zagen een aantal kinderen lekker te smikkelen van iets. Ik dacht eerst een ijsje oid, maar het bleek een raap te zijn.

Erg leuke kindjes, ik denk dat de Aziatiasche kindjes misschien wel een van de schattigste zijn. De tweede, en tevens laatste stop voor ons eindpunt van vandaag, was een waterval. Deze waterval was na een lange hike een beetje teleurstellend. Het was een beetje drooggevallen met het droogseizoen
.

Dan het hoogtepunt van deze trip! De machtige Konglor grot. Door deze grote loopt een complete rivier die in zijn geheel te bevaren is met een longtail-boat. De gids huur samen met de boot in, en zij varen je door de grot heen.

Je vaart effectief door een berg heen en op sommige stukken is het plafond heel erg hoog. Wat een ontzettend mooie natuurlijke kathedraal. Onze gids was erg lacherig en had misschien wat te veel beer Lao op. Garry was in de grot helaas een van zijn slippers kwijt geraakt. De grot was pikkedonker van binnen. In de verte kon je na een uur varen een lichtpuntje zien. De uitgang! Eenmaal door de grot heen, kon je aan de andere kant was fris of bier kopen en wat snacks. We zouden weer via dezelfde weg terugkeren naar de andere kant van de grot. Weer op het bootje, weer door de grot heen.

De gids van Garry en Bryan (we hadden 2 boten en 2 gidsen) stopte plots ergens in de grot, terwijl ze inhaalden met de boot. Hij vroeg of Garry op dit punt zijn slipper was kwijtgeraakt. Warempel. Hij vond zijn slipper ook nog terug in deze mega-grot! Of dat geluk of wijsheid was? We zullen het nooit helemaal weten.

Bij het dorpje, dat vlakbij de grot ligt, hebben we een goede guesthouse gescoort met een warme douche en goede douches. Om de hoek gegeten en eventjes gekaart en weer vroeg naar bed.

dag 3: was de vroegste start die we maakten op deze trip. Voor zonsopkomst zijn we weggegaan met het gegil van de gibbons op de achtergrond (het was alwel licht) en reden we een eind terug naar de snelweg. Na een halfuur rijden zijn we gestopt om de zonsopkomst te bewonderen die net boven de karst-gebergten uitkwam.

We zouden vandaag 200km moeten rijden met maar een stop voordat we weer aanzouden komen in Thakek. De weg was een saaie snelweg en was weinig te beleven. We waren gestopt op een soort van truckers stop langs de weg voor wat lunch. Het menu was alleen in het chinees en Laos. Beetje kut. We hadden de mazzel dat Bryan al 4 jaar in China woont en de taal zowel vloeiend kon lezen als spreken! We gingen voor een noodlesoep die nog een van de beste tot nu toe was!!

De lagoon was 21 kilometer van de snelweg af. Niet een hele grote omweg zou je zeggen. De weg was dermate slecht, vol met gaten, onverhard, enzovoort dat we er een dik uur over deden. Gelukkig was de lagoon het wel waard. Het water was onvoorstelbaar helder en van een lekkere temperatuur.

Hier wasten we zoveel mogelijk stof uit onze poriën en koelden we wat af voordat we het laatste stukje naar Thakek deden. We kwamen op een redelijke tijd aan. Weer onder de douche maar het stof was heel erg lastig om in een keer van je af te krijgen en na een halfuur gaf ik het op. Ik had nog twee dagen nodig om van al het stof af te komen
 plakkig spul is het.

Ik had deze blog stukken eerder kunnen posten, maar ik wou graag ook een filmpje erbij zetten. Ik had in Australia een chinese GoPro gekocht en foto's en filmpjes gemaakt. Nou is het geen denderende kwaliteit vanwege een trage laptop, het gebruik van youtube film editor (is niet geweldig) en mijn niet bestaande editing skills. Nou hoop ik dat het filmpje wel een beetje een idee geeft van hoe het was om deze Thakek loop op een scooter te doen!

"COPE"-ing in Vientiane

De lange busreis van LuangPrabang naar de Hoofdstad Vientiane begon lekker. Er was mij verteld dat ik om 18:30 zou worden opgehaald van het hostel. Ik was op mijn dooie gemak wat broodjes aan het inslaan voor een 10-uur durende busreis op bochtige, slechte wegen en was ook even langs een apotheek geweest om te zien of ze iets hadden wat mij zou helpen om in te slapen. Ik was om 18:00 terug bij het hostel waar ik opeens een tuktuk in moest, want de bus vertrok om 18:30.

Goed. Raccen naar het busstation waar ik in een ‘VIP-bus’ naar mijn eind bestemming zou worden gereden. Helaas was deze VIP-bus niet zo VIP als de Thaise. Ik vermoed dat het VIP gedeelte in Laos overeenkomt met “we stauwen de bus niet helemaal nokkie vol met spullen” (Dat gebeurde tijdens een andere busreis,die blogpost komt nog). Echt comfortabel was het niet. We vertrokken wel keurig optijd en voordat ik het wist zat ik al op de weg. Heuvel op. Heuvel af. Bocht links, rechts. Groot gat in wegdek hier. Het zou een lange busreis worden
 Af en toe waren er plaspauzes, waar de bus ook werd afgekoeld met water. Die kreeg er van langs op alle heuvels!

De grote koplampen verlichten de huizen aan de zijkant van de weg. Vaak van gevlochten bamboe-matten waar, zover ik kon zien, een enkele lamp hing die het huis verlicht. Dat was wel weer een nederige ervaring.

Laos is een erg arm land, een van de armste landen in ZO Azie (Cambodia is nog veel armer) en Toerisme is de tweede belangrijkste inkomsten bron voor Laos, en dit land is pas open voor toeristen sinds 1990!

Mijn knieen werden geplet door een stoel voor mij. de Lao’se kerel die naast me zat kwam voor mij in de weer en sprak de kerel voor me aan of hij zijn stoel iets naar voren kon zetten. Dat nam ik aan tenminste, want dit was natuurlijk allemaal in Lao. Ik was hem in ieder geval erg dankbaar. Na een tijd maar besloten om die ene slaappil in te nemen en de het zal wel gewerkt hebben want de 10 uur waren snel voorbij.

Vientiane is misschien wel de meest relaxte hoofdstad in de wereld. Alsof er niks gebeurt hier. Om eerlijk te zijn vond ik het maar een beetje saai. Ik was van plan om snel al door te trekken, todat ik las over een mediatie die werd gehouden in een van de tempels in het bos de volgende avond. Nachtje bijgeboekt en om wat te doen te hebben ben ik de volgende ochtend met de fiets naar het COPE bezoekerscenter gegaan. Dit was een hele heftige ervaring en elke keer dat ik hier aan terug denk, wellen er tranen op.

COPE staat voor “Cooperative Orthotic and Prosthetic Enterprise” en maakt artificiĂ«le ledematen, geeft physiotherapie en ergotherapie aan slachtoffers van Unexploded Ordnances (UXO’s). En dat is hard nodig.

Tijdens de geheime oorlog in 53-75 heeft de CIA een geschatte 270 million clusterbommen op Laos gedropt (plus meer aan ‘normale’ bommen) en experts schatten dat 30% niet is afgegaan (UXO). Het ergste is dat clusterbommen zijn gemaakt met het hoofddoel zoveel mogelijk slachtoffers te maken. Andere bommen zijn meestal ontworpen om vervoersmiddelen uit te schakelen, gebouwen, etc en hebben natuurlijk menselijke slachtoffers, maar zijn in principe niet gemaakt om zoveel mogelijk slachtoffers te maken. Deze clusterbommen wel dus. En er liggen nog steeds veel van deze “bombies”, zoals de localen ze noemen, in Laos. Explosie gevaarlijk, aan het wachten totdat bijvoorbeeld een kind ze oppakt


In het bezoekerscentrum in COPE hadden ze een aantal hele informatieve displays. Zoals hoe gewoon het voor de locale dorpelingen het is om met deze oorlog Relikwieën te leven. Ze maken van de bommen olielantaarns, potten om in te koken, speelgoed, plantenbakken en veel meer.

Er hingen kleien bombies in een kunstwerk dat een beeld gaf van de regen aan clusterbommen die op een gebied viel wanneer er een bom werd losgelaten op Laos. Allerlei verschrikkelijke statistieken over de geheime oorlog. Zoals, Laos schijnt het meest gebombadeerde land in de geschiedenis te zijn per capita (bron en meer info).

Er hingen oude artificiële ledematen van mensen die nieuwe hadden gekregen van COPE.

Het meest aangrijpende deel was een korte documentaire/interview op een TV die in de namaak-shop stond waar het op was genomen. Metaal van de bombies is kostbaar en kan tot 4x een gemiddeld jaarsalaris opbrengen. “Hamm” was een 9-jarig jongetje die zijn familie wou helpen. Een moeder en vader vertelt over hun zoon:

“Het was de eerste keer dat hij, met twee vrienden, met volwassenen meeging met een metaaldetector”.

De volwassenen leggen de gevaarlijke UXO’s opzij. Hamm en zijn vrienden waren nieuwsgierig en spelen met de bommen. Een van de vrienden sloeg twee bombies tegen elkaar (een bombie is ongeveer zo groot als een tennisbal) en een explosie volgt. Hamm keek toe en werd in zijn zij geraakt door rondvliegend metaal. Zo erg dat zijn zij open lag. Dorpelingen hoorden de knal en halen de ouders op. Hamm’s vader vindt hem. “Vader, breng me naar een ziekenhuis. Ik wil niet dood”. Ze moesten een truck huren om naar een ziekenhuis te gaan. Aangekomen in een klein provinciaal ziekenhuis werd ze verteld dat er geen vloeistoffen zijn en geen bloed. Ze konden hem niet helpen. Tweede ziekenhuis ook niet. Ze konden niks voor hem doen. Ze moesten hem weer naar huis nemen. Thuis aangekomen, vroeg de moeder of ze wat water kon halen voor hun zoon. De vader antwoordde: ”Het heeft geen zin meer”. Hamm was zojuist in zijn armen gestorven. Toen de moeder klaar was met haar verhaal, barste ze uit in een oncontroleerbare huilbui


Ik deed mijn best om de rest van de dingen te bekijken, maar moest naar buiten om lucht te scheppen na dit verhaal. Mijn lunch opgegeten dat ik op een lokale markt had gekocht en wat water te drinken. Ik ben terug gegaan om wat geld te doneren en ik heb een klein sleutelhanger-poppetje gekocht (waarvan 100% van de opbrengst ook naar COPE gaat), die nou aan mijn cameratas hangt.

COPE helpt niet alleen slachtoffers van de UXO’s, maar ook met aangeboren afwijkingen en ziektes. Het COPE bezoekerscentrum is erg goed opgezet. Het geeft informatie zonder deze rooskleurig weer te geven of te verbloemen. Het is vooral gefocust op het positieve. Zo hangen er ook allerlei inspirerende verhalen over mensen die nou weer min-of-meer volledige levens kunnen lijden met hulp van hun nieuwe ledematen en hulpmiddelen van COPE.

Doneren aan COPE kan hier (volgensmij alleen met Creditcard)

Ik was blij met mijn fietsje. Even heerlijk kunnen fietsen naar de volgende bestemming: Wat Sok Paluang. Ook wel bekent als de bostempel van Vientiane. Hier zou een meditatie sessie worden gehouden door monniken in de tempel zelf. Het was even zoeken in welke van de gebouwen het nou echt was, maar uiteindelijk spotte ik de oranje gewaden en een aantal “falang”. Kon niet missen. De monniken waren erg gebrand op het verbeteren van hun Engels en gingen graag in gesprek met de touristen die daar aanwezig waren. Na een tijdje klonk er een kleine gong, het teken dat de meditatie op het punt stond om te beginnen. De monniken verzamelde zich voor ons en gingen zitten en we kregen een korte uitleg over de meditatie: 20 minuten zitmeditie, 15 minuten loopmeditatie en weer 14 minuten zitmeditatie. Uitleg over ademhaling, hoe bewust je te zijn over je lichaam, etc.

Na afloop was er een korte Q&A waar je de monniken van alles kon vragen over Boeddha en het boeddhisme.

Na alle ervaringen van de dag en het vele gefietst, heb ik mezelf een lekker fruitshake gekocht aan de oevers van de Mekong.

In de volgende post hobbel ik drie dagen op een kleine semi-automatische scooter over de binnenwegen van Laos. De fameuze Thakek-Loop!

De smeltpot van Laos

Luang Prabang. Smeltpot van Franse en Laotiaanse cultuur, kleurrijk en een UNESCO world heritage site. De vrolijke kleuren van de oude stad komen je overal tegemoet en de stad heeft een aantal van de mooiste tempels in Laos. Het is omgeven door gebergtes en een hele relaxte stad om een paar dagen te vertoeven terwijl je geniet van de Franse stokbroodjes vol met groenten en kip ed, de heerlijke koffie in de vele cafe’s en de cultuur die je overal om je heen ziet. Ondanks dat dit de tweede grootste stad is van Laos, kun je de binnenstad met gemak op de voet af. Lekker wandelen langs de Mekong rivier richting de peninsula waar op de punt de rivier Nam Khan in de Mekong rivier stroomt. En natuurlijk vind je een restaurantje op deze punt waar je heel goed een drankje kunt nuttigen terwijl je van de rood-gouden zonsondergang geniet en van de monniken in hun oranje gewaden aan de overkant van een bamboe-bruggetje.

Ik had samen met 2 andere Nederlanders ingecheckt in een hostel, die we gelukkig vooraf hadden geboekt. Mijn bezoek viel samen met Chinees nieuwjaar en een hoop Chinesen pakken deze vrije twee weken aan om te reizen. En Laos is dan lekker dichtbij, makkelijk te doen en goedkoop. Tijdens een een doelloze rondwandeling met Nataschja en Rick, kwamen bij een klein Chinees schooltje, waar ook een viering aan de gang was. Onze nieuwsgierige blikken werden opgemerkt en we werden uitgenodigd om te komen kijken. Een rijke Chinese man kwam elk jaar terug naar ‘zijn’ middelbare school (inmiddels 50 jaar terug!) om te kijken hoe de leerlingen het nu doen. Hij geeft ze cadeau’s in de vorm van de traditionele rode envelopjes met geld erin.

Hij nam de tijd om ons van alles uit te leggen over de chinese community hier en de festiviteiten. Zo werden er Bingo’s gehouden, Karaoke gezongen (niet goed moet ik toegeven) en gewed op een cavia die door een doolhof moest rennen.

Dat was leuk. Niet zo leuk was een zonsondergang die super mooi moest zijn vanaf een heuvel midden in de stad. Daar zou je moeten kunnen uitkijken over de stad zelf, de bergen op de achtergrond en in rivier Mekong. Dat was inderdaad allemaal waar, ware het niet dat al die Chinezen zich door de menigte forceerden met enorme camera’s en vervolgens honderden precies dezelfde foto’s schoten en het zicht van iedereen achter zich blokkeerden. Ik had medelijden met een Australisch meisje van -pak en beet- 12 die ze bijna van de heuvel af drukten. Ik gaf het nemen van een mooie foto op en hoop dat ik er een van Nataschja kan krijgen, die zich helemaal op een puntje van een uitstekende rots had genesteld - voor alle Chinezen


Na zonsondergang werd de hoofdstraat van Luang Prabang afgezet en worden er kraampjes opgezet waar ze kleding, souvenirs en meer verkopen. Net voor het begin van de nachtmarkt stond een cafe waar je op de derde verdieping een prachtig uitzicht had op alle drukte beneden je, terwijl jij in alle rust van je biertje kon genieten.

Dag erna wou ik met Nataschja naar de befaamde waterval gaan, totdat we wat andere nederlanders tegen kwamen die zeiden dat het in de middag tjokvol zat met die Chinezen. Ipv in de middag gaan, hebben we besloten om een relax dagje te doen en de beroemde massage-salons van de stad eens van wat dichterbij te bekijken. In een luxe uitziende massagesalon, kozen we allebei voor een scrub en massage behandeling van 2,5 uur.

Na twee en half uur helemaal zacht lenig te zijn gescrubt en gemasseerd zaten we lekker aan de koffie in een heel Frans-uitziende restaurant ernaast te genieten van het zachte ondergaande zonnetje. De volgende dag zijn we heel vroeg opgestaan om de scooter te pakken richting de waterval. Voor alle pakket-tourisen en chinezen uit. Het was stervenskoud en mistig. Een uur rijden was het in de kou voordat we eindelijk aankwamen bij de waterval, waar ook eindelijk de zon doorbrak. Het was het helemaal waard, want we waren een van de eersten die er waren en we konden dan ook heel rustig wat koffie drinken en wat lunch kopen (weer in de vorm van die lekkere belegde broodjes) om op te kunnen knabbelen tijdens onze wandeltocht.

We hadden de waterval helemaal naar boven gevolgd, tot aan de bron. Bij de bron was het helemaal rustig en was even klimmen en klauteren en ver wandelen.

Tot onze verbazing stond hier een klein bamboe kraampje waar je eten en koud bier kon kopen. Dat koude biertje hadden we wel verdient na onze inspanningen, dat vonden we in ieder geval. En die smaakte prima! Via een achterweggetje naar beneden gelopen en al die tijd heel weinig andere toeristen tegen gekomen!

Op de terugweg kwamen we langs een vlindertuin die is opgezet door twee Nederlanders (ja, er zitten hier heel veel Nederlanders
) om de lokale jeugd de waarde van natuur conservative te laten zien. Een hele tijd met de vrouw gepraat over hoe het was om in Laos een bedrijf op te zetten, de politiek en meer. Laos schijnt toch nog wel een beetje communistisch te zijn. Zo kun je als Laotiaan niet zomaar gasten in je eigen huis laten verblijven. En er verdwenen nog wel eens mensen ‘zomaar’. Zelf hadden ze een kennis die twee jaar geleden verdween, die iets te kritisch was over de overheid en is niet weer gezien sinds. Toeval? Misschien


De tuin was mooi opgezet en we hadden de mazzel dat er net een vlinder was ‘geboren’. De vlinder was net uit zijn cocon geklommen.

De terugweg was een stuk warmer dan heen, waardoor ik kon genieten van de prachtige omgeving.

Next up: Een lange busreis en de hoofdstad van Laos: Vientiane

Slowboat over de Mekong

++Doordat ik een hoop heb gedaan de affgelopen tijd, schoot het schrijven erbij in. Ik zal de aankomende dagen de blog weer helemaal bijwerken!++

Uiteindelijk is mijn mobiel daadwerkelijk overleden. Na een korte plechtigheid heb ik een nieuwe gekocht en snel richting de grens! Ik was inmiddels veel te lang in Chiang Rai en het grote avontuur met de slowboat stond nu op de planning. Ik ben na het busstation gehobbelt van Chiang Rai waar je dan een kaartje kunt kopen naar een dorpje waar de vriendschapsbrug ligt tussen Laos en Thailand. De bus stopte dus niet bij die brug, maar wij (ik en andere reizigers) werden ergens op een snelweg gedropt waar we werden opgewacht door een aantal tuktuk chauffeurs. Na wat onderhandelen konden we dan eindelijk verder naar de grens op een kleine tuktuk die volgensmij werd aangedreven door een naaimachine.

Het uitstempelen bij de Thaise grens is heel erg simpel. Geen wachtrij, geen onverwachte betalingen, etc. Gewoon een stempel en je kunt door. Ik moest een half uur wachten op de bus die, voor alle mensen die te voet waren, naar Laos zou rijden. Dus eigenlijk was ik in deze tijd in een niemandsland. Niet meer in Thailand, maar ook nog niet in Laos. Landloos. Na een tijd wachten kwam deze eingelijk en werden we de Mekong rivier overgereden. Bij de Lao grens was het erg lang wachten op het visum. Alles gaat met de hand en moet natuurlijk door drie mensen worden gecheckt. Zucht. Als je een ding leert van reizen door SE Azie, dan is het wel geduld. Eindelijk de sticker in mijn paspoort (waar ze mijn achternaam ook nog eens verkeerd hebben gespelt! ARGH, en ze konden het wel weer goed spellen op het bonnetje
).

Even paniek want de flappentap wou mijn pinkaart niet aannemen. Gelukkig kon ik mijn Thaise Baht omwisselen en overigens kun je ook overal betalen met Baht en US dollars.

We mochten weer onderhandelen met de Lao’se Tuktuk chauffeurs. De bestemming was nog 20km verderop en vervoer was nodig. Ik was bij de grens aan de praat gekomen met een aantal Fransozen die al erg bedreven waren in het afdingen. Niet alleen kregen ze behoorlijk wat van de tuktuk af, maar ook van de hotelkamer. Weer mooi genomen en ik had een Queen bed voor mezelf.

Wat ik bizar vond in dit kleine dorpje Huay Xai, was dit ik hier in een half uur en een Lexus, een Rolls Royce en een dikke BMW zag rondreiden. Terwijl Laos toch wel een van de armste landen is hier en dit dorp nou niet bepaald iets is, behalve een overnachtingsplek voor de gave slowboat reis op de Mekong. Vanuit dit dorp had je dan ook superuitzichten over wat een gave reis werd.

Nou had ik een hele hoop blogs gelezen en die gaven niet allemaal een positief beeld over de boten en hoe het eraan toeging. Zo zouden er meer kaartjes worden verkocht dan er stoelen waren, zouden niet alle stoelen comfertabel zijn, etc. Ik was er vroeg uit om mijn lunch voor de boot te regelen. De boot zelf heeft namelijk geen eten aanboord. Alle guesthouses en diverse kraampjes verkopen belegde Franse stokbroodjes. Direct na ontbijt en kopen van de broodjes naar de ‘haven’ om mijn kaartje te kopen. Vooraf kaartjes kopen had geen zin, want een garantie op een stoel schijn je niet te krijgen. Daar kreeg ik een kaartje waar zelfs een stoelnummer opstond en die bleek ook daadwerkelijk te kloppen! Aangename verrassing nummer 1. De boot zelf had iets van oude achterbanken van auto’s als stoelen en zaten ook wel redelijk comfortabel en ik hoefde niet direct voor de grote motor te zitten. Aangename verrassing nummer 2 en 3.

De boten zijn niet eens echt heel erg langzaam. Ik denk eerder dat de term slowboat komt van het feit dat we niet weggingen om 10 uur (zoals aangegeven), maar wanneer de boot vol zat. In ons geval rond het middaguur. Er kwam een meneertje aan boord die ons dit allemaal kwam uitleggen. Waarom we later weggingen ed. En ook dat onze stop in Pakbeng het heel erg druk zou zijn. Hoogseizoen. Honderden toeristen!. Boten die van de andere kant kwamen. Horror. Hell. Alles Vol! MAARRRR, hij had toevallig nog wat kamertjes vrij. En wel precies 7 kamers voor 120.000Kip per stuk. Ik geloof dat hij 2 maal van die 7 kamers had verkocht. Hij kreeg er steeds meer bij. Ik had dit ook gelezen en ik nam liever in een kans in het dorp zelf.

Het was erg koud op de boot. Dat veranderde niks aan de prachtige Karst-gesteentes we we langzaam langs voeren. Spelende kinderen aan de Mekong uit kleine dorpjes die verspreid lagen aan deze rivier.

Jammer genoeg was het ook een beetje mistig. Na 6 uur op de Mekong kwam de boot vlak voor zonsondergang aan. Op de docks van Pakbeng werd je omver gelopen bijna door alle ‘touts’. De mensen die je kamers proberen te verkopen. Ik geloof dat het tekort van de eerdere meneer op de boot een beetje overdreven was. Ik liep naar een aantal touts toe om een kamer te bemachtigen en na een beetje heen en weer lopen (“maar zij doet het voor zoveel!”) heb ik de prijs naar 60.000kip (circa 6,6 euro) gekregen voor mijn eigen kamer en eigen toilet. De muren waren van gevlochten bamboe en de kamer was roze met rode hartjes
 Gelukkig was het bed wel groot en comfertabel.

Die avond moest er ook wat gegeten worden en we (andere Fransozen en ik) gingen naar een restaurant, dat graag een club wil zijn. De Boom muziek kwam hard uit de speakers en we werden verwelkomt met een glaasje LaoLao (Lao wiskey, zow dat brande door de keel!) en een hele gezellige Lao’se kerel die een shirt droeg met een wiet patroon erop. Hier wees hij af en toe naar en “I sell this [haha]”. Hele vriendelijke chappie. I wonder why


Volgende ochtend moesten voor 8 uur weer op de boot zijn. De reis zou vandaag 8 uur moeten duren dus ik had flink wat proviciant ingeslagen in de vorm van 4 belegde stokbroodjes (ze zijn wat kleiner dan thuis). Ze hadden wat snacks op de boot, maar niks echt dingen om echte honger te stillen. Koffie en snacks kocht je achterin de boot in een kleine hoekje.

De boot vertrok weer iets later dan aangegeven, dus gehaast om niks. Ik had wel weer goede stoelen. We vertrokken van Pakbeng rond 10 en ik vond zelf dit stuk van de trip mooier. Voor mijn gevoel waren er meer dorpen te zien, meer spelende kinderen en was de natuur een stuk mooier. Dat kon ook komen doordat de zon er op deze dag er ook lekker bij was! 8 uur gingen nog wel snel voorbij door het praten met anderen, filmpje kijken, kaart spelletjes spelen en natuurlijk genieten van het uitzicht vanaf de boot op de Mekong.

De afgelopen jaren is er weer een nieuwe scam bedacht en je wordt niet meer afgezet in Luang Prabang zelf, maar op een nieuw gebouwde haven 10 kilometer buiten het centrum en dan moet je daar een kaartje kopen voor de tuktuk voor 20.000 kip. Wat een hoop geld is voor een tuktuk hier. Weinig keuze en ook weinig zin om hier op af te dingen voor 1 euro, maar gewoon een kaartje gekocht. Eindelijk aangekomen in Luang Prabang waar ik maar wat blij was dat een stel Nederlanders mij hadden verteld dat het chinees nieuwjaar was en dat alles vol zou zitten. We hadden samen wat gereserveerd en de hele stad zat echt he-le-maal vol. Daarover meer in de volgende post!

Bizarre tempels in Chiang Rai

Ik ben van Khorat met de VIP-nachtbus naar Chiang mai in het noorden gereist. De 10 uur durende reis was redelijk comfortable. De VIP bussen zijn namelijk erg ruim, de stoel kan ver naar achteren en heeft eigenlijk meer weg van een vliegtuig cabine met alle ‘in-flight’ entertainment systemen in de stoelen. Helaas wel allemaal in Thais, dat dan wel weer. Gelukkig was de stoel ook voorzien van een USB-oplaad punt zodat ik films kon kijken om mijn eigen tabletje in een taal die ik wel versta.

In Chiang mai heb ik de eerste nacht in luxe geslapen in een guesthouse waar ik een kamer voor mezelf had en vlakbij al het lekkere eten van de nacht bazaar. Het was iets duurder en buien het centrum dus een nachtje later verhuisd naar iets centraler. Het was precies een jaar geleden dat ik in Chiang mai was en heb vooral herkenbare punten aangedaan en herinneringen opgehaald van een jaar terug. Het was ook stervenskoud hier toen ik er zat. Het was warmer in Nederland (15C) dan in Chiang mai (11C)!! En daar is niks op gebouwd hier. De meeste auto’s hebben niet eens een verwarming, alleen maar een AC en de meeste huizen ook. Niet echt weer om scooters te huren er erop te trekken. Toen de zon weer tevoorschijn kwam, de kou getrotseerd om weer naar de tempel op de berg te gaan (Doi Suthep). In de hoogte was het toch nog ietsjes kouder
 Weer rond gewandeld en kwam ook tot de ontdekking dat ze het bordje “this way to pemple” helaas gecorrigeerd hadden.

Ik was op doortocht om uiteindelijk naar Laos te gaan. En de volgende stop om daar te komen is Chiang Rai. In het midden van de stad staat een gouden klokkentoren die 's avonds een lichtshow geeft!

Deze stad is vooral bekend om de Witte tempel. Een nieuw gebouw, constructie is gestart in 1997, die heel erg wit is en glittert. Ik denk dat Geer en Goor zich hier prima thuis zouden voelen. Op de binnenmuren heeft de artist allerlei bekende figuren geschilderd en het leuke is dat hoe langer je kijkt, des te meer je ontdekt. Zo heb ik Superman gevonden, een minion, starwars, Michael Jackson, etc.

Chiang Rai is ook de plek van ‘Baan Dam’, of het zwarte huis. Compleet het tegenover gestelde van de witte tempel. Bijna macarber. De artist verzamelt botten van dieren, dierenhuiden en zijn eigen collectie aan beelden.

Mijn mobiel had het ondertussen begeven. Ik hoop dat het een batterij probleem is, en die laat ik vervangen. Hierdoor moest ik ook een aantal dagen langer in Chiang Rai blijven dat ik eerst had gedacht. Ik heb de dagen nog goed kunnen vullen met het rond scheuren op scooters

langs de theeplantages

naar de vele watervallen

en een keer lekker opwarmen in een hotspring op een van de laatste koude ochtenden samen met vrienden die ik hier heb ontmoet in het hostel. Als alles goed gaat heb ik morgen mijn oude telefoon weer terug. Of ik moet een nieuwe kopen


Restje BKK en de Thaise Khmer Temples!

Ik had me inderdaad goed vermaakt in Bangkok. Ik kwam alweer snel in contact met medereizigers waarmee ik onder andere de gouden berg heb beklommen, waar bovenop een tempel staat waarvan je een redelijk uitzicht hebt van Bangkok. Ik heb door de smog besloten om geen foto’s te maken van de Bangkok Skyline, want die zouden toch prut worden.

Daarna heb ik een paar dagen doorgebracht bij een vriend die ik in Australie heb leren kennen en nu als Expat (oorspronkelijk van New York) in Bangkok werkt als docent. Hij liet me een niet touristische kant zien van Bangkok. Onder andere een avondmarkt waar ze de scherpte van de maaltijden niet aanpassen op de tourist
 Ik heb een halve maaltijd moeten laten staan, despite best efforts!

De maaltijden to-go komen in deze zakjes, en thuis warm je ze dan weer op als het nodig is

Iedereen die in Bangkok is geweest kent vast de mega weekend markt wel. Hij liet me een andere markt zien. Asiatique. Iets minder groot en gelegen aan de rivier die door Bangkok loopt. Erg gezellig met een hele hoop Thai die zelf ook opzoek zijn naar koopjes.

Ook even Bij Jim Thompson z'n huis geweest. Was een amerikaan die naar Thailand was vehuist en de zijde-industrie weer nieuw leven had ingeblazen. Verder staat hij bekent omdat hij 6 thaise-stijl huizen aan elkaar gezet had en ook voorwerpen verzamelden. De Thai zijn gek op hem

Na een toch erg leuke tijd in Bangkok, ben ik vervolgens naar het niet-tourische Oosten gereist. Eerst naar een stad genaamd Khorat. Het schijnt de tweede grootste stad te zijn in Thailand, en dat valt helemaal nergens aan te merken in de oude binnenstad. Helemaal dood. Er zijn een paar tempels aanwezig, maar niks echt spectaculairs. Naar een beetje googlen, voor eens een keer iets heel anders gekozen om te doen. “The Mall” in Khorat is de grootste buiten Bangkok en hier verstoppen alle Khorat mensen zich! Het was gezellig druk en ik was een van de weinige westerse touristen die het waagde om naar het Oosten te reizen. Heerlijk in de arco rondgelopen en wat later op de avond naar de mega-markt “Safe one” gegaan met de gedeelde taxi. Opzich is dat al een avontuur. De gedeelde taxis zijn een soort pick-uptrucks waarop ze achterin een passagiers cabine hebben gezet waar je in kunt springen. Ze rijden allemaal een vaste route en je kunt overal erop springen of eraf springen voor een luttele 8 baht (circa 20 cent). Elke route heeft een eigen kleur en nummer. Er rijden er zoveel rond dat het niet gelijk duidelijk is welke je moet hebben, maar bij rondvragen lukt het vaak wel om de juiste te pakken te krijgen.

Op de markt heerlijk rond gewandeld, wat eten gekocht en een nieuw mesje, want de douane in Australie had de mijne afgepakt (was het vergeten in mijn check-in te stoppen
).

Khorat was eigenlijk een doorreis punt, want de mijn eerste echte stop zou Phimai zijn. De lonely planet zei erover dat de oude Khmer tempels hier beeldschoon zouden zijn en Angkor Wat zou op deze kleinere tempel gebaseerd zijn of een afstammeling zijn van deze tempel. De slimme mense die dat zeggen baseren dat op de aantal hoeken van de torens. Tempels voor Phimai hebben 25 hoeken, Phimai 28 en Angor Wat ook 28.

Je loopt het complex binnen via een indrukwekkende toegangspoort, die op alle 4 kanten aanwezig zijn. Dan volgt er een Naga-brug, die de overgang van het aardse naar het hemelse moet symbolisieren. Daar overheen lopen was een ervaring opzich. Je beeld bijna in hoe het geweest was in de 11-12e eeuw. Bijna een religieuze ervaring (bijna, net niet genoeg om deze verstokte atheist te doen veranderen)

Dan volgen de binnenmuren die rond de torens zijn gebouwd, waar vroeger belangrijke beelden of geschriften werden opgeslagen. En al deze ervaringen werden ook geholpen door het feit dat er bijna geen andere toeristen waren!

De mooiste tempel moest nog volgen. Bij het plaatsje NongRong liggen er een aantal tempels in de buurt met Khmer invloeden en dat was mijn volgende bestemming. Met de grote backpack op, weer naar het busstation wandelen van Phimai waar ik rond had gevraagd of er een direct bus was. Het duurde een kwartier, maar 4 lieve oude mannetjes hadden mij met een kaart, handen, voeten, Thai en Engels uitgelegt dat er geen directe bus was en ik eerst naar Khorat moest gaan en vervolgens daar een andere bus pakken. De bus naar Khorat zou er binnen 15 minuten moeten zijn. En dat deed het ook daadwerkelijk ook. Met Thai tijd weet je het nooit


Een grote dame stormt de bus uit: “KHORAT KHORAT” met drukke gebaren. Er was duidelijk haast. Ooit een backpacker met grote tassen zien rennen?....

Ik moest via de kleinere achterdeur van de bus naar binnen, waar de grote dame mijn tas een zetje moest geven om door de deur te passen. Ik was ook nog maar net binnen voordat de bus al schokkend weer in beweging kwam en ik prompt in mijn stoel viel. Ik was blij dat het de stoel was en niet de vloer!

Later bleek dat ik mazzel had dat de bus helemaal tot stilstand kwam, want de mensen op de snelweg werden al rijdend opgepikt. De bus gaat langzaam rijden en een mannetje in de deur trekt ze vervolgens naar binnen en bij de grote dame mogen ze dan betalen (hoewel “mogen”, ik geloof niet dat ze je een keus geeft). Zo zie je maar weer, voor wat avontuur in Thailand hoef je alleen maar het openbaar vervoer te pakken!

Zonder al te veel moeite kwam ik aan in Nang Rong, waar ik bij het hostel aankwam via een scootertaxi van het busstation. Ik denk dat hier echt weinig westerse touristen langskomen, want ik was een attractie opzich. Kreeg heel veel blikken, glimlachen en gezwaai terwijl ik op de scooter naar mijn hostel werd gereden. Erg leuk.

Voor 250baht heb ik mijn eigen kamer in het P California Inter Hostel en werd heel warm ontvangen door de Thaise gastheer en zijn Thaise vrouw. Twintig minuten later had ik mijn scooter huur en reisgezelschap voor de dag erna geregelt met een stel Italianen die hier ook toevallig zaten.

We hoorden een hoop kabaal verderop in het dorp, wat mij ook hielp herinneren dat ik bijna geen voedsel had gehad vandaag door al die busreizen. Het bleek een soort kermis te zijn met allerlei prul dat je natuurlijk kon kopen en een aantal attracties. En gelukkig ook een hoop lekker en goedkoop eten. Ik geloof dat ik hier mijn goedkoopste curry ooit heb gekocht (20Baht!, circa 50 cent). Al smikkelend liepen het Italiaanse stel en ik rond en kwamen we een “Wall of Death” tegen. Een grote ton waar ze met de motor genoeg snelheid moeten maken om tegen de verticale wand rondjes te kunnen rijden. En voor 30 Baht kon je de waaghalzen dit zien doen (of te platter zien rijden
). Niet alleen reden ze rondjes op een verticale wand, ze konden het ook staand op de motor zonder handen aan het stuur.

De volgende ochtend redelijk optijd de scooter op en richting de tempels! De eerste is op een heuveltop en heet Khao Phra Angkhan. Het vinden was even lastig, google was niet echt een hulp en de weggetjes waren niet altijd even goed. Uiteindelijk wel gevonden en hier scheen ook het as van Boeddha even gerust te hebben (als alle tempels de waarheid spreken over het feit dat het as van Boeddha daar onder/in ligt dan moet Boeddha een hele grote man zijn geweest en/of dan moet het as wel heel veel gereisd hebben
). De heuvel bleek een oude vulkaan te zijn. Hoe tomb raider klinkt dat!?

Tempel nummer 2 van vandaag heet Prasat Muang Tam, een tempel met ook duidelijke Khmer invloeden. De naam betekent letterlijk Kasteel van het lage land, omdat het in een dal ligt. Het meest uitzonderlijke aan deze tempel zijn de 4 L-vormige vijvers die tussen de buiten- en binnenmuur liggen. Er liepen ook een aantal monniken rond in hun oranje gewaden dat natuurlijk helemaal bijdroeg aan de sfeer.

De meest indrukwekkende tempel moest nog komen. Het main event van de dag is Prasat Phanom Rung die bovenop een andere vulkaan lag en waar je via 52 treden naar boven moet lopen.

Hier waren ook een aantal schoolklassen die volgens mij ook nog nooit een westerse tourist hadden gezien.

Veel nieuwsgierige blikken en af en toe een heel erg beleefde wai. Terwijl ik terug liep naar beneden richting de scooters heb ik voor een hele klas mijn handtekening moeten zetten. Ontzettend grappig. Dat zijn natuurlijk ook de soort dingen waarvoor je van het toeristische pad afgaat.

En ik was ook niet de enige!

De warme deken van Bangkok

Ik werd weer verwelkomt door de warme vochtige deken van het klimaat van Thailand om 10 uur ‘s ochtends bij aankomst in het international airport. Na de douane en het oppikken van mijn tassen, was het tijd voor mijn eerste Thaise curry! Yamyam. Wederom de BTS trein gepakt en van het laatste station de taxi naar mijn hostel.

De andere keren was ik niet echt weg van Bangkok. Deze keer ga ik het eens een echte kans geven en blijf een aantal dagen in de buurt van de beruchte Thanon Khao San. De backpackers party straat. Ik moet toegeven dat deze buurt een stuk leuker is dan de andere plekken waar ik heb gezeten. Er is hier veel meer te doen en te zien in de buurt, je zit om de hoek van de ferries die je via de rivier langs een aantal grote highlights brengt en een hoop marktkraampjes langs de straat waar je lekker voedsel kunt halen en souveniers kunt kopen. En een hoop Tuktuks die je voor 30b een tour willen geven langs de grote toerische attracties. Wat natuurlijk een grote scam is. Je ziet veel oudere westerse kerels met jonge Thaise vrouwen (of ladyboys?) en elke avond vragen de tuktuk chauffeurs (met een smakkend geluid) of je een pingpong show wilt zien (waarvoor ik altijd vriendelijk bedank).

Dankzij mijn eerdere ervaringen in Bangkok weet ik nu een stuk beter hoe ik van A naar B moet komen zonder dat ik word afgezet door de locals. De rivierboten en de treinen zijn het makkelijkst, maar ook de taxis (met meters!!) zijn heel goed te doen.

De reizigers zijn ook precies hoe ik me herinner; heel vriendelijk en altijd wel te porren om iets te gaan doen hier. Ik ben blij dat ik weer in Azie terug ben. Hoewel ik het ook erg naar mijn zin heb gehad in Australia natuurlijk.

Ik ben ook een beetje bezig geweest om mijn reis te plannen. De enige voorwaarden die ik heb, is voor Songkhran in Chiang mai zijn (April 13-15) en door Cambodia, Vietnam en Laos te reizen alles met een gelimiteerd budget. Afgaand van mijn vorige keer in Thailand zou dit moeten werken als de uitgaven ongeveer gelijk blijven, en de vorige keer had ik ook een (relatief) dure PADI cursus gedaan.

Dit is weer een nieuw avontuur en spannend. Ik ben van plan om door het minder toeristische oosten van Thailand te reizen naar Cambodia. Weg van de meeste westerse toeristen, voordat ik me weer bij de meeste backpackers voeg om naar Siem Reap te gaan. Ik moet een grensovergang doen ergens waar ook weinig toeristen zijn naar Cambodja en ik niet heel precies weet hoe de vork in de steel zit. Dat word groot avontuur nummer 1. Dan visa regelen in Cambodia voor Vietnam. Avontuur nummer 2. Zucht. In Thailand blijven zou zoveel makkelijker zijn!